Ik ben TonKallenberg Op welke manieren komt u iets over mij te weten? En, (2) Is dat relevant? En, (3) Wanneer weet u genoeg? Opdracht: bespreek deze vragen in een tweetal. U heeft hiervoor 1 minuut.
3.
Van passief naaractief activerend onderwijs is onderwijs dat aanzet tot actief leren, waarbij leerstof op een dieper niveau verworven wordt en langer opgeslagen blijft in de hersenen.
Waarom activerende werkvormen?1. Leren is een actief proces (en de student is daar zelf verantwoordelijk voor) (Leren is [a] constructief, [b] cumulatief, [c] zelf-gereguleerd/actief, [d] doelgericht, [e] gesitueerd, [f] collaboratief en [g] individueel verschillend) (De Corte, 2000) 2. Om het rendement te verhogen (door verhoging van): retentiewaarde time on task 2
6.
Mindmap maken 2N.B.: dit is een willekeurig gekozen voorbeeld van een mindmap (zonder oordeel over goed/slecht).
7.
Rendement = relatievemaat kwantitatief: slaagpercentage, uitvalpercentage, of gerealiseerde studiebelastinguren kwalitatief: de verhouding van het bereikte opleidingspeil vs. het opleidingspeil bij aanvang van de studie (Cie Wijnen spreekt over studeerbaarheid) Rendement:
8.
Hoeveel % beklijftvan wat je: % hoort en ziet % leest % met anderen bediscussieerd hebt % hoort % persoonlijk ervaren hebt % uitlegt aan anderen % gedemonstreerd krijgt 3
9.
Retentiewaarde 5% vanwat we horen 10% van wat we lezen 20% van wat we horen en zien 30% van een demonstratie 50% van waar we met anderen over gediscussieerd hebben 75% van wat we persoonlijk ervaren hebben 90% van wat we uitleggen aan anderen NTL Institute at Bethel, Maine
10.
Retentiewaarde (2) Yes,it was developed and used by NTL Institute at our Bethel, Maine campus in the early sixties when we were still part of the National Education Association's Adult Education Division. Yes, we believe it to be accurate - but NO, we no any longer have - nor can we find - the original research that supports the numbers. We get many inquiries every month about this - and many, many people have searched for the original research and have come up empty handed. We know that in 1954 a similar pyramid with slightly different numbers appeared on p. 43 of a book called Audio-Visual Methods in Teaching, published by the Edgar Dale Dryden Press in New York. Yet the Learning Pyramid as such seems to have been modified and always has been attributed to NTL Institute. Feel free to use the Learning Pyramid (below) as you wish without charge - and cite at the bottom - "NTL Institute for Applied Behavioral Science, 300 N. Lee Street, Suite 300, Alexandria, VA 22314. 1-800-777-5227."
12.
Time on TaskTime on Task = de tijd die de student doorbrengt met daadwerkelijk studeren (ook wel ‘engaged time’ genoemd) Academic Learning Time (ALT) = de effectieve leertijd waarbij een student activiteiten uitvoert die nauw aansluiten bij zijn specifieke niveau Als ToT <, dan ook ALT <, waarbij geldt: Prompte feedback Discussie Reflectie-activiteiten
13.
Time on Task(2) Instructies voldoen aan 1. Geef studieaanwijzingen aan studenten (wat moeten ze precies leren, hoe kunnen ze het aanpakken?) 2. Geef opdrachten en oefeningen (i.c.m. bijsturing en voortgangscontrole - dit bevordert actieve deelname studenten) 3. Stuur studenten door snelle correcties van mondelinge en schriftelijke bijdragen 4. Voer regelmatig voortgangscontrole uit of student wel werkt 5. Draag zorg voor zorgvuldige voorbereiding (goede planning organisatie van instructies) (Jochems, 1990)
14.
Time on Task(3) Zelfstudie-opdrachten onderscheiden zich wanneer zij: 1. relevant zijn voor de leerdoelen 2. voor de student helder zijn 3. goed aansluiten bij de vaardigheden van de student 4. regelmatig worden opgegeven 5. worden gebruikt om student feedback over hun studievoortgang te geven Cotton, K. (1999). Educational Time factors. School improvement research series: research you can use. Portland, OR: NW Regional Educational Laboratory ( http://www.nwrel.org/scpd/sirs/4/cu8.html )
15.
Time on Task(4) Teaching-learning paradox: Naarmate een college slechter wordt, gaan studenten meer zelfstudie doen. Naarmate een college meer activerend is, gaan studenten minder zelfstudie doen (Van Dijk, 2000)
16.
Activerende werkvormen Zettenstudenten aan tot actief: selecteren bestuderen interpreteren toepassen van informatie (=verwerven), op levensechte casussen, of actief aanwenden van informatie om complexe praktijkproblemen op te lossen (= verwerken). (Jacobson & Mark, 1995; Silberman, 1996; Meyers & Jones, 1993; White, 1996)
17.
Activerende werkvormen vankort (enkele minuten) tot lang (concept) hebben verschillende gedaanten probleemtaken casusstudies educatieve spelen gericht op individu groepen van studenten (collaboratief / cooperatief)
18.
Activerende werkvormen voorbeelden:samenwerkend leren leren van (sleutel)begrippen klassen/groepsgesprek meningsvorming kennistoepassen (in nieuwe situaties) reflecteren schrijfopdrachten spelen/simulaties (formatief) toetsen samenvatten
denkstijlen van docentenKenner Planner Bedenker Samenwerker houdt van feiten, exacte definities, detauls, objectiviteit planmatige aanpak, voorspelbaarheid, vermijding chaos ambitie, creatie, nieuwe ideeen onzekerheid is utdaging interactie focus op kennisoverdracht lesvoorbereiding afwisseling in leerstof en aanpak actieve deelname college (te) abstract, risico op (te) veel leerstof lesinhoud soms verloren vanwege structuur weinig feeling in te spelen onverwachte leermogelijkheden gevarieerd, vaak chaotisch emoties centraler dan inhoud doelgroep student als rationele gebruiker soms saaie lessen (geen ruimte voor speling) lesinhoud soms verwarrend weinig aandacht aan basiskennis soms teveel belang aan groepsvorming (leidt tot lagere eisen)
kan ik activerendewerkvormen geven? Rol docent verandert ? (van overdrager van leerstof naar iemand die het leerproces van de student begeleidt) wat heb ik nodig? DURF ! http://www.youtube.com/watch?v=fW8amMCVAJQ&list=FLAudtC2GBsyaDETpnLzEcmw&index=12&feature=plpp_video
hoorcolleges activerend hoorcollege:leidt tot meer diepgaande verwerking leerstof studenten kunnen kennis toepassen, verbanden leggen, ... doorbreekt anonimiteitsgevoel bij studenten verhoogd verantwoordelijkheidsgevoel bij studenten biedt inzicht in vorderingen van studenten 7
29.
studierendement en Time-on-TaskStudierendement en de hoeveelheid tijd die studenten aan hun studie besteden correleren hoog met elkaar. Naarmate een tentamen dichterbij komt, besteden studenten meer tijd aan zelfstudie (Vos, 1987) De maximale studietijd van studenten = 32 uur “ Wet van Vos” - de hoeveelheid zelfstudie per contactuur neemt af, naarmate het aantal contacturen toeneemt Gijselaer & Schmidt (1993): (1) het omslagpunt waarbij een toename van contacturen geen extra hoeveelheid zelfstudie oplevert is 12 uur per week (2) naarmate binnen een cursus per instructie-uur meer zelfstudie plaatsvindt, neemt de leerprestatie toe. Conclusie/voorstel (Vos, 1998): het presentatie-uitwerkingsmodel (docent legt uit, student haat daarna aan de slag maar stelt uit), moet vervangen worden door voorbereiding-feedbackmodel: vlak voor contacturen/tentamen moet er tijd zijn voor studenten om zich voor te bereiden.
30.
uitgangspunten voor roostering:Bruto curriculum (= 1680 uur, 42 weken * 40 uur) versus netto curriculum (max. 1300 uur, 42 wkn * 30 uur) (Wijnen, 1992) Verspreid contacturen over 5 dagen van de week (Vos, 1992, 1998) Verdeel studielast gelijk over het jaar (Vos, 1992, 1998) Verdeel studielast gelijk over de week (Vos, 1992, 1998) Verdeel contacturen en zelfstudie-uren gelijk over de week en het jaar (12 c.u. p/w) (Vos, 1992, 1998) Maak de zelfstudieuren zichtbaar (in curriculum en cursus, b.v. benodigde tijd voor voorbereiding van hoorcolleges, werkgroepen, practica) (Janssen, 1996) Het voorbereiding-feedbackmodel is uitgangspunt voor de inrichting van de cursus (Vos, 1998)
31.
Peter van Petegem(red.) Leuven: Lannoo www.lannoocampus.com Ton Kallenberg c.s. Utrecht: Lemma www.boomlemma.nl 8
Editor's Notes
#3 Opdracht: bespreek in tweetallen deze vragen. U heeft hiervoor 1 minuut. (stopwatch meenemen) Het gaat hier om het (1) activeren van voorkennis, maar ook gaat het om “just-in-time’ en ‘just-enough’ Op welke manieren zou u aan de slag kunnen om kennis over mij te genereren? (vragen om wat te vertellen, googlen, navragen bij anderen). Waarom relevant? (om te beoordelen of ik gekwalificeerd ben / vertrouwen in mij) Wanneer genoeg? (mogelijk per persoon verschillend, maar in feite voor nu is het beperkt) Desalniettemin heeft u ook uw eigen indruk “uw gevoel”, uw eerste indruk, de eerste minuut - elke student doet dit ook en probeert zich in ‘no time’ een indruk te maken van u als docent en dat heeft ook invloed op zijn/haar motivatie m.b.t. uw vakgebied.
#4 Activerende werkvorm kun je gebruiken 1. puur voor pleizer, tussendoortje, energizer, icebreaker 2. om voorkennis te activeren 3. om actief leerstof te verwerken 4. inzicht vergroten in de leerstof 5. om samen te vatten / eind van college na te gaan wat geleerd is
#27 Hoorcollege met deze functies heeft meerwaarde t.o.v. student die zelfstandig stof doorneemt. Voorwaardelijke functie = motiverend en interesse opwekkend voor de leerinhoud orienterend functie = informeert student over leerinhoud, geeft grote lijnen aaan, geef voorbeelden en veruiddelijkingen, vergroot het inzicht in de leerinhoud, structureert de leerrstof, enz. oefenfunctie - biedt de mogelijkheid tot het stellen van vragen, het geven van opdrachten en verbeteren van opdrachten, enz.