Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52012XP0348

Uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule en het stabilisatiemechanisme voor bananen in de overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de EU en Midden-Amerika ***I Amendementen van het Europees Parlement aangenomen op 13 september 2012 op het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule en het stabilisatiemechanisme voor bananen in de overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Midden-Amerika, anderzijds (COM(2011)0599 – C7-0306/2011 – 2011/0263(COD))

PB C 353E van 3.12.2013, pp. 312–321 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

3.12.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 353/312


Donderdag 13 september 2012
Uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule en het stabilisatiemechanisme voor bananen in de overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de EU en Midden-Amerika ***I

P7_TA(2012)0348

Amendementen van het Europees Parlement aangenomen op 13 september 2012 op het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule en het stabilisatiemechanisme voor bananen in de overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Midden-Amerika, anderzijds (COM(2011)0599 – C7-0306/2011 – 2011/0263(COD)) (1)

2013/C 353 E/52

(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)

DOOR DE COMMISSIE VOORGESTELDE TEKST

AMENDEMENT

Amendement 1

Voorstel voor een verordening

Overweging 3

(3)

Er moeten procedures worden vastgesteld voor de toepassing van de bepalingen van de overeenkomst die de bilaterale vrijwaringsclausule betreffen, alsook voor de toepassing van het stabilisatiemechanisme voor bananen waarover met Midden-Amerika overeenstemming is bereikt.

(3)

Er moeten zo geschikt mogelijke procedures worden vastgesteld die moeten zorgen voor een doeltreffende toepassing van de bepalingen van de overeenkomst die de bilaterale vrijwaringsclausule betreffen, alsook voor de toepassing van het stabilisatiemechanisme voor bananen waarover met Midden-Amerika overeenstemming is bereikt.

Amendement 2

Voorstel voor een verordening

Overweging 3 bis (nieuw)

 

(3 bis)

Er moeten vrijwaringsmechanismen worden vastgesteld om te vermijden dat de bananenteelt in de Europese Unie, die van groot belang is voor de agrarische eindproductie van veel ultraperifere regio's, ernstige schade oploopt. Het feit dat deze regio's wegens hun natuurlijke kenmerken slechts beperkte mogelijkheden tot diversificatie hebben, maakt de bananensector extra kwetsbaar. Het is bijgevolg van essentieel belang de preferentiële invoer uit derde landen van doeltreffende mechanismen te voorzien om de bananenteelt – die in bepaalde gebieden van met name de ultraperifere regio's immers werk biedt aan een heel groot aantal mensen – onder optimale omstandigheden te kunnen blijven handhaven.

Amendement 3

Voorstel voor een verordening

Overweging 4 bis (nieuw)

 

(4 bis)

Het is ook mogelijk dat producenten in de Europese Unie ernstige schade ondervinden of dreigen te ondervinden doordat bepaalde verplichtingen uit hoofde van titel VIII over handel en duurzame ontwikkeling van deel IV van de overeenkomst, in het bijzonder met betrekking tot de daarin vervatte arbeids- en milieunormen, niet worden nageleefd, hetgeen bijgevolg de invoering van vrijwaringsmaatregelen noodzakelijk maakt.

Amendement 4

Voorstel voor een verordening

Overweging 5

(5)

Zoals in artikel 104 van de overeenkomst is vastgelegd, mogen vrijwaringsmaatregelen alleen worden overwogen indien het betrokken product in dermate toegenomen hoeveelheden, in absolute zin of in verhouding tot de productie in de Unie, en onder zodanige voorwaarden in de Unie wordt ingevoerd dat de producenten in de Unie die soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten vervaardigen, ernstige schade ondervinden of dreigen te ondervinden.

(5)

Zoals in artikel 104 van de overeenkomst is vastgelegd, mogen vrijwaringsmaatregelen alleen worden overwogen indien het betrokken product in dermate toegenomen hoeveelheden, in absolute zin of in verhouding tot de productie in de Unie, en onder zodanige voorwaarden in de Unie wordt ingevoerd dat de producenten in de Unie die soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten vervaardigen, ernstige schade ondervinden of dreigen te ondervinden. Overeenkomstig artikel 349 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie moeten er vrijwaringsmaatregelen worden vastgesteld voor producten en economische sectoren in de ultraperifere regio's zodra de producenten in de ultraperifere regio's van de Unie die soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten vervaardigen, ernstige schade ondervinden of dreigen te ondervinden van de invoer van het desbetreffende product.

Amendement 5

Voorstel voor een verordening

Overweging 6

(6)

De vrijwaringsmaatregelen moeten worden genomen in de vorm van een van de in artikel 104, lid 2, van de overeenkomst genoemde mogelijkheden.

(6)

De vrijwaringsmaatregelen moeten worden genomen in de vorm van een van de in artikel 104, lid 2, van de overeenkomst genoemde mogelijkheden. Overeenkomstig artikel 349 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie moeten er specifieke vrijwaringsmaatregelen worden vastgesteld wanneer producten en economische sectoren in de ultraperifere regio's worden bedreigd.

Amendement 6

Voorstel voor een verordening

Overweging 7

(7)

De taken die erin bestaan onderzoek te doen en indien nodig vrijwaringsmaatregelen in te stellen, moeten op zo transparant mogelijke wijze worden uitgevoerd.

(7)

De monitoring en toetsing van de overeenkomst, het doen van onderzoek en indien nodig de oplegging van vrijwaringsmaatregelen zijn taken die op zo transparant mogelijke wijze moeten worden uitgevoerd.

Amendement 7

Voorstel voor een verordening

Overweging 8

(8)

Er moeten nadere bepalingen over de inleiding van de procedure worden vastgesteld. De lidstaten moeten de Commissie informatie, waaronder beschikbaar bewijsmateriaal, verstrekken wanneer de ontwikkeling van de invoer toepassing van vrijwaringsmaatregelen kan vereisen.

(8)

Er moeten nadere bepalingen over de inleiding van de procedure worden vastgesteld. De lidstaten en belanghebbende partijen moeten de Commissie informatie, waaronder beschikbaar bewijsmateriaal, verstrekken wanneer de ontwikkeling van de invoer toepassing van vrijwaringsmaatregelen kan vereisen.

Amendement 8

Voorstel voor een verordening

Overweging 8 bis (nieuw)

 

(8 bis)

Wanneer het Europees Parlement een aanbeveling goedkeurt om een vrijwaringsonderzoek te openen, zal de Commissie zorgvuldig onderzoeken of aan de in de verordening opgenomen voorwaarden voor een opening ambtshalve is voldaan. Indien de Commissie van mening is dat dit niet het geval is, dient zij een verslag in bij de bevoegde commissie van het Europees Parlement met een toelichting van alle factoren die voor de opening van een onderzoek relevant zijn.

Amendement 9

Voorstel voor een verordening

Overweging 10 bis (nieuw)

 

(10 bis)

In sommige gevallen kan een in één of meer van de ultraperifere gebieden of lidstaten van de Unie geconcentreerde toename van de invoer tot een ernstige verslechtering van de economische situatie van de betrokken gebieden leiden of dreigen te leiden. Als er een toename is van de invoer die in een of meer ultraperifere gebieden of lidstaten van de Unie is geconcentreerd, kan de Commissie voorafgaande toezichtmaatregelen instellen.

Amendement 10

Voorstel voor een verordening

Overweging 12

(12)

Tevens moeten ingevolge artikel 112 van de overeenkomst termijnen worden vastgesteld voor de opening van een onderzoek en voor de vaststelling van de wenselijkheid van maatregelen, teneinde een snelle afhandeling van de procedures te waarborgen en daardoor de rechtszekerheid voor de betrokken marktdeelnemers te vergroten.

(12)

Tevens moeten ingevolge artikel 112 van de overeenkomst termijnen worden vastgesteld voor de opening van een onderzoek en voor de vaststelling van de wenselijkheid van maatregelen, teneinde een snelle afhandeling van de procedures te waarborgen, de rechtszekerheid voor de betrokken marktdeelnemers te vergroten en ervoor te zorgen dat de maatregelen efficiënt zijn .

Amendement 11

Voorstel voor een verordening

Overweging 14

(14)

Vrijwaringsmaatregelen mogen enkel worden toegepast voor zover en zo lang zij noodzakelijk zijn om ernstige schade te voorkomen en aanpassingen te vergemakkelijken. De maximumduur van de vrijwaringsmaatregelen moet worden bepaald en er moeten specifieke bepalingen inzake verlenging en herziening van de maatregelen worden vastgesteld, zoals bedoeld in artikel 105 van de overeenkomst.

(14)

Vrijwaringsmaatregelen mogen enkel worden toegepast voor zover en zo lang zij noodzakelijk zijn om ernstige schade te voorkomen en aanpassingen te vergemakkelijken. De maximumduur van de vrijwaringsmaatregelen moet worden bepaald en er moeten specifieke bepalingen inzake verlenging en herziening van de maatregelen worden vastgesteld, zoals bedoeld in artikel 105 van de overeenkomst. Wanneer er vrijwaringsmaatregelen worden vastgesteld ter bescherming van de producten en economische sectoren van de ultraperifere regio's, moeten er specifieke bepalingen worden toegepast in overeenstemming met artikel 349 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Amendement 12

Voorstel voor een verordening

Overweging 14 bis (nieuw)

 

(14 bis)

Nauw toezicht vergemakkelijkt het nemen van tijdige besluiten met betrekking tot de mogelijke start van een onderzoek of de oplegging van maatregelen. Daarom moet de Commissie de in- en uitvoer in gevoelige sectoren zoals de bananensector vanaf de datum van toepassing van de overeenkomst geregeld controleren.

Amendement 13

Voorstel voor een verordening

Overweging 14 ter (nieuw)

 

(14 ter)

Het is van bijzonder belang dat de door de Internationale Arbeidsorganisatie opgestelde en gecontroleerde internationale arbeidsnormen worden nageleefd. De waarborging van fatsoenlijk werk voor allen moet een absolute prioriteit zijn, en de uit Midden-Amerika ingevoerde bananen moeten volgens correcte sociale, loon-, en milieunormen zijn geproduceerd, om te vermijden dat de producenten van de Unie het slachtoffer worden van dumpingpraktijken waaraan zij geen tegenwicht kunnen bieden en die hun concurrentiepositie op de mondiale bananenmarkt blijvend zouden schaden.

Amendement 14

Voorstel voor een verordening

Overweging 16 bis (nieuw)

 

(16 bis)

De Commissie brengt jaarlijks verslag uit over de toepassing van de overeenkomst, de vrijwaringsmaatregelen en het stabilisatiemechanisme voor bananen, en neemt in dit verslag actuele en betrouwbare statistieken op over de invoer uit Midden-Amerika alsook een evaluatie van de gevolgen hiervan op de marktprijzen, de werkgelegenheid en arbeidsvoorwaarden in de Unie en de ontwikkeling van de productiesector van de Unie, waarbij bijzondere aandacht wordt besteed aan kleine producenten en coöperaties. De Commissie moet haar uiterste best doen om in dit verslag ook een analyse op te nemen van de impact van de overeenkomst en onderhavige verordening op de teelt en consumptie van bioproducten in de Unie en op de handel in fairtradeproducten tussen alle partijen bij de overeenkomst.

Amendement 15

Voorstel voor een verordening

Overweging 16 ter (nieuw)

 

(16 ter)

De Commissie moet op een voortvarende en effectieve wijze een beroep doen op het stabilisatiemechanisme voor bananen om een dreigende ernstige verslechtering of een reële ernstige verslechtering van de situatie van producenten in de ultraperifere regio's van de Unie te voorkomen, en moet vanaf januari 2020 gebruikmaken van bestaande instrumenten zoals de vrijwaringsclausule, of, indien nodig, overwegen nieuwe instrumenten in te voeren die in geval van een ernstige verstoring van de markt toelaten de competitiviteit van de productiesectoren van de Unie en in het bijzonder van de ultraperifere gebieden te handhaven.

Amendement 16

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – onder b)

b)

"belanghebbenden": partijen die gevolgen ondervinden van de invoer van het product in kwestie;

b)

"belanghebbenden": partijen die gevolgen ondervinden van de invoer van het product in kwestie , met inbegrip van maatschappelijke organisaties, ngo's en werknemersorganisaties ;

Amendement 17

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – onder e bis) (nieuw)

 

e bis)

"ernstige verslechtering": aanzienlijke verstoringen in een sector of bedrijfstak; "dreigende ernstige verslechtering": aanzienlijke storingen die zich zonder twijfel in de nabije toekomst zullen voordoen.

Amendement 18

Voorstel voor een verordening

Artikel 2 bis (nieuw)

 

Artikel 2 bis

Controle

1.     De Commissie moet toezicht houden op de ontwikkeling van de statistieken over de in- en uitvoer van Midden-Amerikaanse producten, in het bijzonder in gevoelige sectoren zoals de bananenteelt. Hiertoe werkt de Commissie samen en wisselt zij gegevens uit met de lidstaten, de betreffende bedrijfstak van de Unie en alle andere belanghebbenden, en dit op regelmatige basis.

2.     Op naar behoren gemotiveerd verzoek van de betrokken bedrijfstakken kan de Commissie overwegen het toepassingsgebied van de monitoring uit te breiden naar andere sectoren.

3.     De Commissie dient jaarlijks een monitoringverslag in bij het Europees Parlement en de Raad met geactualiseerde statistieken over de invoer uit Midden-Amerika van producten in de gevoelige sectoren en de sectoren waarnaar de monitoring is uitgebreid, inclusief bananen.

4.     Met het oog op het vermijden van alle vormen van dumping doet de Commissie haar uiterste best om ook de tewerkstellingsgraad en de arbeidsvoorwaarden in de bananenproductie in Midden-Amerika in haar monitoringverslag op te nemen.

Amendement 19

Voorstel voor een verordening

Artikel 3 – lid 1

1.   Op verzoek van een lidstaat, van een rechtspersoon of van een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid die optreedt namens de bedrijfstak van de Unie, of op initiatief van de Commissie wordt een onderzoek geopend indien het de Commissie duidelijk is dat er, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voldoende voorlopig bewijsmateriaal is om een onderzoek te rechtvaardigen.

1.   Op verzoek van een lidstaat, van een rechtspersoon of van een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid die optreedt namens de bedrijfstak van de Unie, van het Europees Parlement, of op initiatief van de Commissie wordt een onderzoek geopend indien het de Commissie duidelijk is dat er, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voldoende voorlopig bewijsmateriaal is om een onderzoek te rechtvaardigen.

 

Indien dat aangewezen is, kan het Europees Parlement onafhankelijke instanties, zoals vakbonden, de IAO, academici en mensenrechtenorganisaties, raadplegen en om analyses verzoeken.

Amendement 20

Voorstel voor een verordening

Artikel 3 – lid 2

2.   Het verzoek tot opening van een onderzoek bevat bewijzen dat aan de voorwaarden voor het instellen van een vrijwaringsmaatregel van artikel 2, lid 1, is voldaan. Het verzoek bevat gewoonlijk de volgende informatie: het tempo en de omvang van de toename van de invoer van het betrokken product in absolute en relatieve cijfers, het door de toegenomen invoer veroverde deel van de interne markt, wijzigingen in de omvang van de verkoop, de productie, de productiviteit, de bezettingsgraad, winst en verlies en de werkgelegenheid.

2.   Het verzoek tot opening van een onderzoek bevat bewijzen dat aan de voorwaarden voor het instellen van een vrijwaringsmaatregel van artikel 2, lid 1, is voldaan. Het verzoek bevat gewoonlijk de volgende informatie: het tempo en de omvang van de toename van de invoer van het betrokken product in absolute en relatieve cijfers, het door de toegenomen invoer veroverde deel van de interne markt, wijzigingen in de omvang van de verkoop, de productie, de productiviteit, de bezettingsgraad, winst en verlies , werkgelegenheid en arbeidsvoorwaarden .

Amendement 21

Voorstel voor een verordening

Artikel 3 – lid 3

3.   Een onderzoek kan ook worden geopend als de toename van de invoer geconcentreerd is in een of meer lidstaten, op voorwaarde dat er voldoende voorlopig bewijsmateriaal, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voorhanden is dat aan de voorwaarden voor de opening van een onderzoek is voldaan.

3.   Een onderzoek kan ook worden geopend als de toename van de invoer geconcentreerd is in een of meer lidstaten of ultraperifere gebieden , op voorwaarde dat er voldoende voorlopig bewijsmateriaal, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voorhanden is dat aan de voorwaarden voor de opening van een onderzoek is voldaan.

Amendement 22

Voorstel voor een verordening

Artikel 4 – lid 4

4.   De Commissie wint alle informatie in die zij nodig acht om conclusies te trekken ten aanzien van de in artikel 2, lid 1, genoemde voorwaarden, en tracht , wanneer zij dat passend acht, deze informatie te controleren.

4.   De Commissie wint alle informatie in die zij nodig acht om conclusies te trekken ten aanzien van de in artikel 2, lid 1, genoemde voorwaarden, en tracht deze informatie te controleren.

Amendement 23

Voorstel voor een verordening

Artikel 4 – lid 5

5.   Bij het onderzoek evalueert de Commissie alle ter zake dienende factoren van objectieve en kwantificeerbare aard die van invloed zijn op de situatie van de bedrijfstak van de Unie, met name het tempo en de omvang van de toename van de invoer van het betrokken product in absolute en relatieve cijfers, het door de toegenomen invoer veroverde deel van de interne markt, wijzigingen in de omvang van de verkoop, de productie, de productiviteit, de bezettingsgraad, winst en verlies en de werkgelegenheid. Deze lijst is niet uitputtend en de Commissie kan bij haar vaststelling van ernstige schade of dreiging van ernstige schade ook rekening houden met andere relevante factoren, zoals de voorraden, de prijzen, het rendement van geïnvesteerd vermogen, de kasstroom en andere factoren die ernstige schade aan de bedrijfstak van de Unie toebrengen, kunnen hebben toegebracht of dreigen toe te brengen.

5.   Bij het onderzoek evalueert de Commissie alle ter zake dienende factoren van objectieve en kwantificeerbare aard die van invloed zijn op de situatie van de bedrijfstak van de Unie, met name het tempo en de omvang van de toename van de invoer van het betrokken product in absolute en relatieve cijfers, het door de toegenomen invoer veroverde deel van de interne markt, wijzigingen in de omvang van de verkoop, de productie, de productiviteit, de bezettingsgraad, winst en verlies en de werkgelegenheid. Deze lijst is niet uitputtend en de Commissie kan bij haar vaststelling van ernstige schade of dreiging van ernstige schade ook rekening houden met andere relevante factoren, zoals de voorraden, de prijzen, het rendement van geïnvesteerd vermogen, de kasstroom en andere factoren die ernstige schade aan de bedrijfstak van de Unie toebrengen, kunnen hebben toegebracht of dreigen toe te brengen , bijvoorbeeld wanneer de voorziene reactievolumes worden bereikt in het kader van het in hoofdstuk II van deze verordening opgenomen stabilisatiemechanisme voor bananen .

Amendement 24

Voorstel voor een verordening

Artikel 4 – lid 7

7.   De Commissie draagt er zorg voor dat alle gegevens en statistieken die voor het onderzoek worden gebruikt, beschikbaar, begrijpelijk, transparant en verifieerbaar zijn.

7.   De Commissie draagt er zorg voor dat alle gegevens en statistieken die voor het onderzoek worden gebruikt, beschikbaar, begrijpelijk, transparant , actueel, betrouwbaar en verifieerbaar zijn.

Amendement 25

Voorstel voor een verordening

Artikel 5 – lid 1 bis (nieuw)

 

1 bis.     Als er een toename is van de invoer van producten in gevoelige sectoren die in een of meer lidstaten of ultraperifere gebieden is geconcentreerd, kan de Commissie voorafgaande toezichtmaatregelen instellen.

Amendement 26

Voorstel voor een verordening

Artikel 9 – lid 4

4.   Een verlenging overeenkomstig lid 3 wordt voorafgegaan door een onderzoek op verzoek van een lidstaat, van een rechtspersoon of van een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid die optreedt namens de bedrijfstak van de Unie, of op initiatief van de Commissie, indien er, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voldoende voorlopig bewijsmateriaal is.

4.   Een verlenging overeenkomstig lid 3 wordt voorafgegaan door een onderzoek op verzoek van een lidstaat, van een rechtspersoon of een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid die optreedt namens de bedrijfstak van de Unie, van een belanghebbende partij, van het Europees Parlement of op initiatief van de Commissie, indien er, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voldoende voorlopig bewijsmateriaal is.

Amendement 27

Voorstel voor een verordening

Artikel 11 bis (nieuw)

 

Artikel 11 bis

Verslag

1.     De Commissie dient jaarlijks een verslag over de toepassing en uitvoering van de overeenkomst en deze verordening in bij het Europees Parlement. Het verslag omvat informatie over de vaststelling van voorlopige en definitieve maatregelen, voorafgaande toezichtmaatregelen, regionale toezichtmaatregelen en vrijwaringsmaatregelen, de beëindiging van onderzoeken zonder maatregelen en de activiteiten van de diverse instanties die bevoegd zijn voor het toezicht op de uitvoering van de overeenkomst en de naleving van de verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst, inclusief informatie die afkomstig is van belanghebbende partijen.

2.     Een aantal onderdelen van het verslag is speciaal gewijd aan de naleving van de verplichtingen uit hoofde van titel VIII over handel en duurzame ontwikkeling van deel IV van de overeenkomst en aan de op dat vlak door Midden-Amerika via interne instrumenten genomen maatregelen alsook aan het werkzaamheden hieromtrent van het dialoogforum van het maatschappelijk middenveld.

3.     Daarnaast bevat het verslag een samenvatting van de statistieken en de ontwikkeling van de handel met Midden-Amerika.

4.     Het verslag bevat voorts actuele en betrouwbare statistieken over de invoer van bananen uit Midden-Amerika en de rechtstreekse en indirecte gevolgen hiervan op de ontwikkeling van de werkgelegenheid en arbeidsvoorwaarden in de productiesector van de Unie.

5.     Het Europees Parlement kan de Commissie binnen een maand nadat deze het verslag heeft gepresenteerd, op een ad-hocvergadering van zijn bevoegde commissie uitnodigen om alle aspecten met betrekking tot de tenuitvoerlegging van de overeenkomst en deze verordening uiteen te zetten en toe te lichten.

6.     Uiterlijk drie maanden na de voorlegging van het verslag aan het Europees Parlement maakt de Commissie het verslag openbaar.

Amendement 28

Voorstel voor een verordening

Artikel 12 – lid 4 bis (nieuw)

 

4 bis.     Als het advies van het comité moet worden verkregen volgens een schriftelijke procedure, wordt die procedure zonder gevolg beëindigd indien, binnen de termijn voor het uitbrengen van het advies, de voorzitter van het comité hiertoe besluit of een meerderheid van de leden van het comité hierom verzoekt.

Amendement 29

Voorstel voor een verordening

Hoofdstuk I bis – artikel 12 bis (nieuw)

 

Hoofdstuk I bis

Artikel 12 bis

12 bis.     Artikel 247 bis van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek is van toepassing op de vaststelling van de nodige uitvoeringsbepalingen voor de toepassing van de voorschriften in aanhangsel 2a van bijlage II (Definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking) en aanhangsel 2 van bijlage I (Afschaffing van douanerechten).

Amendement 30

Voorstel voor een verordening

Artikel 13 – lid 1 bis (nieuw)

 

1 bis.     De toepassing van het stabilisatiemechanisme voor bananen verhindert in geen geval de uitvoering van de in de bilaterale vrijwaringsclausule opgenomen maatregelen.

Amendementen 31 en 32

Voorstel voor een verordening

Artikel 13 – lid 2

2.   Zoals vermeld in de tabel in de bijlage bij deze verordening, wordt een afzonderlijk jaarlijks reactievolume vastgesteld voor de invoer uit een Midden-Amerikaans land van de in lid 1 vermelde producten. De invoer van de in lid 1 vermelde producten tegen het preferentiële douanerecht is niet alleen onderworpen aan het bewijs van oorsprong zoals vastgesteld in bijlage III (Definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking) van de overeenkomst met Midden-Amerika, maar eveneens aan de overlegging van een uitvoercertificaat dat wordt afgegeven door de bevoegde autoriteit van de republiek van het Midden-Amerikaanse land waaruit de producten worden uitgevoerd. Zodra het reactievolume tijdens het desbetreffende kalenderjaar wordt bereikt, kan de Commissie , overeenkomstig de in artikel 12, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure, het preferentiële douanerecht tijdens datzelfde jaar tijdelijk schorsen voor een periode van niet meer van drie maanden, die het eind van het kalenderjaar niet mag overschrijden.

2.   Zoals vermeld in de tabel in de bijlage bij deze verordening, wordt een afzonderlijk jaarlijks reactievolume vastgesteld voor de invoer uit een Midden-Amerikaans land van de in lid 1 vermelde producten. De invoer van de in lid 1 vermelde producten tegen het preferentiële douanerecht is niet alleen onderworpen aan het bewijs van oorsprong zoals vastgesteld in bijlage III (Definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking) van de overeenkomst met Midden-Amerika, maar eveneens aan de overlegging van een uitvoercertificaat dat wordt afgegeven door de bevoegde autoriteit van de republiek van het Midden-Amerikaanse land waaruit de producten worden uitgevoerd. De verplichte overlegging van een uitvoercertificaat moet echter niet leiden tot meer administratie, hogere kosten of feitelijke handelsbelemmeringen voor de uitvoerder. Zodra het reactievolume tijdens het desbetreffende kalenderjaar wordt bereikt, gaat de Commissie tijdens datzelfde jaar over tot een tijdelijke schorsing van het preferentiële douanerecht voor een periode van niet meer dan drie maanden, die het eind van het kalenderjaar niet mag overschrijden. Uitsluitend in geval van overmacht vindt deze schorsing niet plaats.

Amendement 33

Voorstel voor een verordening

Artikel 13 – lid 5 bis (nieuw)

 

5 bis.     De Commissie houdt nauwlettend toezicht op de ontwikkeling van de statistieken over de invoer van bananen uit Midden-Amerika. Ook de werkgelegenheidsgraad en arbeidsvoorwaarden, de productie en consumptie van bioproducten en de fairtradehandelsstromen worden gemonitord. Hiertoe werkt de Commissie samen en wisselt zij informatie uit met de lidstaten, de communautaire bedrijfstakken en andere belanghebbenden, en dit op regelmatige basis.

Amendement 34

Voorstel voor een verordening

Artikel 13 – lid 5 ter (nieuw)

 

5 ter.     Op naar behoren gemotiveerd verzoek van het Europees Parlement, een lidstaat, de bedrijfstak van de Unie, een belanghebbende partij of op eigen initiatief schenkt de Commissie bijzondere aandacht aan elke wezenlijke toename van de invoer van bananen uit Midden-Amerika, en indien de bepalingen van artikel 5 hierop van toepassing zijn, stelt zij voorafgaande toezichtmaatregelen in.

Amendement 35

Voorstel voor een verordening

Artikel 13 – lid 5 quater (nieuw)

 

5 quater.     Wanneer het reactievolume van het mechanisme gedurende het desbetreffende kalenderjaar wordt bereikt, stelt de Commissie volgens de raadplegingsprocedure als bedoeld in artikel 12, lid 2, voorafgaande toezichtmaatregelen in.

Amendement 36

Voorstel voor een verordening

Artikel 13 – lid 5 quinquies (nieuw)

 

5 quinquies.     Het Europees Parlement kan de Commissie binnen een maand nadat deze het verslag heeft gepubliceerd, op een ad-hocvergadering van zijn bevoegde commissie uitnodigen om alle aspecten met betrekking tot de tenuitvoerlegging van de overeenkomst die verband houden met bananen, uiteen te zetten en toe te lichten.


(1)  De zaak werd terugverwezen voor een nieuwe behandeling naar de bevoegde Commissie uit hoofde van artikel 57, lid 2, tweede alinea, van het Reglement (A7-0237/2012).


Top