This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52012XP0348
Implementation of the bilateral safeguard clause and the stabilisation mechanism for bananas of the Association Agreement between the EU and Central America ***I Amendments adopted by the European Parliament on 13 September 2012 on the proposal for a regulation of the European Parliament and of the Council implementing the bilateral safeguard clause and the stabilisation mechanism for bananas of the Agreement establishing an Association between the European Union and its Member States on the one hand, and Central America on the other (COM(2011)0599 – C7-0306/2011 – 2011/0263(COD))
Uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule en het stabilisatiemechanisme voor bananen in de overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de EU en Midden-Amerika ***I Amendementen van het Europees Parlement aangenomen op 13 september 2012 op het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule en het stabilisatiemechanisme voor bananen in de overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Midden-Amerika, anderzijds (COM(2011)0599 – C7-0306/2011 – 2011/0263(COD))
Uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule en het stabilisatiemechanisme voor bananen in de overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de EU en Midden-Amerika ***I Amendementen van het Europees Parlement aangenomen op 13 september 2012 op het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule en het stabilisatiemechanisme voor bananen in de overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Midden-Amerika, anderzijds (COM(2011)0599 – C7-0306/2011 – 2011/0263(COD))
PB C 353E van 3.12.2013, pp. 312–321
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
3.12.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
CE 353/312 |
Donderdag 13 september 2012
Uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule en het stabilisatiemechanisme voor bananen in de overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de EU en Midden-Amerika ***I
P7_TA(2012)0348
Amendementen van het Europees Parlement aangenomen op 13 september 2012 op het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausule en het stabilisatiemechanisme voor bananen in de overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Midden-Amerika, anderzijds (COM(2011)0599 – C7-0306/2011 – 2011/0263(COD)) (1)
2013/C 353 E/52
(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)
DOOR DE COMMISSIE VOORGESTELDE TEKST |
AMENDEMENT |
||||
Amendement 1 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 3 |
|||||
|
|
||||
Amendement 2 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 3 bis (nieuw) |
|||||
|
|
||||
Amendement 3 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 4 bis (nieuw) |
|||||
|
|
||||
Amendement 4 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 5 |
|||||
|
|
||||
Amendement 5 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 6 |
|||||
|
|
||||
Amendement 6 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 7 |
|||||
|
|
||||
Amendement 7 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 8 |
|||||
|
|
||||
Amendement 8 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 8 bis (nieuw) |
|||||
|
|
||||
Amendement 9 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 10 bis (nieuw) |
|||||
|
|
||||
Amendement 10 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 12 |
|||||
|
|
||||
Amendement 11 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 14 |
|||||
|
|
||||
Amendement 12 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 14 bis (nieuw) |
|||||
|
|
||||
Amendement 13 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 14 ter (nieuw) |
|||||
|
|
||||
Amendement 14 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 16 bis (nieuw) |
|||||
|
|
||||
Amendement 15 |
|||||
Voorstel voor een verordening Overweging 16 ter (nieuw) |
|||||
|
|
||||
Amendement 16 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 1 – onder b) |
|||||
|
|
||||
Amendement 17 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 1 – onder e bis) (nieuw) |
|||||
|
|
||||
Amendement 18 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 2 bis (nieuw) |
|||||
|
Artikel 2 bis Controle 1. De Commissie moet toezicht houden op de ontwikkeling van de statistieken over de in- en uitvoer van Midden-Amerikaanse producten, in het bijzonder in gevoelige sectoren zoals de bananenteelt. Hiertoe werkt de Commissie samen en wisselt zij gegevens uit met de lidstaten, de betreffende bedrijfstak van de Unie en alle andere belanghebbenden, en dit op regelmatige basis. 2. Op naar behoren gemotiveerd verzoek van de betrokken bedrijfstakken kan de Commissie overwegen het toepassingsgebied van de monitoring uit te breiden naar andere sectoren. 3. De Commissie dient jaarlijks een monitoringverslag in bij het Europees Parlement en de Raad met geactualiseerde statistieken over de invoer uit Midden-Amerika van producten in de gevoelige sectoren en de sectoren waarnaar de monitoring is uitgebreid, inclusief bananen. 4. Met het oog op het vermijden van alle vormen van dumping doet de Commissie haar uiterste best om ook de tewerkstellingsgraad en de arbeidsvoorwaarden in de bananenproductie in Midden-Amerika in haar monitoringverslag op te nemen. |
||||
Amendement 19 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 3 – lid 1 |
|||||
1. Op verzoek van een lidstaat, van een rechtspersoon of van een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid die optreedt namens de bedrijfstak van de Unie, of op initiatief van de Commissie wordt een onderzoek geopend indien het de Commissie duidelijk is dat er, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voldoende voorlopig bewijsmateriaal is om een onderzoek te rechtvaardigen. |
1. Op verzoek van een lidstaat, van een rechtspersoon of van een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid die optreedt namens de bedrijfstak van de Unie, van het Europees Parlement, of op initiatief van de Commissie wordt een onderzoek geopend indien het de Commissie duidelijk is dat er, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voldoende voorlopig bewijsmateriaal is om een onderzoek te rechtvaardigen. |
||||
|
Indien dat aangewezen is, kan het Europees Parlement onafhankelijke instanties, zoals vakbonden, de IAO, academici en mensenrechtenorganisaties, raadplegen en om analyses verzoeken. |
||||
Amendement 20 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 3 – lid 2 |
|||||
2. Het verzoek tot opening van een onderzoek bevat bewijzen dat aan de voorwaarden voor het instellen van een vrijwaringsmaatregel van artikel 2, lid 1, is voldaan. Het verzoek bevat gewoonlijk de volgende informatie: het tempo en de omvang van de toename van de invoer van het betrokken product in absolute en relatieve cijfers, het door de toegenomen invoer veroverde deel van de interne markt, wijzigingen in de omvang van de verkoop, de productie, de productiviteit, de bezettingsgraad, winst en verlies en de werkgelegenheid. |
2. Het verzoek tot opening van een onderzoek bevat bewijzen dat aan de voorwaarden voor het instellen van een vrijwaringsmaatregel van artikel 2, lid 1, is voldaan. Het verzoek bevat gewoonlijk de volgende informatie: het tempo en de omvang van de toename van de invoer van het betrokken product in absolute en relatieve cijfers, het door de toegenomen invoer veroverde deel van de interne markt, wijzigingen in de omvang van de verkoop, de productie, de productiviteit, de bezettingsgraad, winst en verlies , werkgelegenheid en arbeidsvoorwaarden . |
||||
Amendement 21 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 3 – lid 3 |
|||||
3. Een onderzoek kan ook worden geopend als de toename van de invoer geconcentreerd is in een of meer lidstaten, op voorwaarde dat er voldoende voorlopig bewijsmateriaal, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voorhanden is dat aan de voorwaarden voor de opening van een onderzoek is voldaan. |
3. Een onderzoek kan ook worden geopend als de toename van de invoer geconcentreerd is in een of meer lidstaten of ultraperifere gebieden , op voorwaarde dat er voldoende voorlopig bewijsmateriaal, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voorhanden is dat aan de voorwaarden voor de opening van een onderzoek is voldaan. |
||||
Amendement 22 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 4 – lid 4 |
|||||
4. De Commissie wint alle informatie in die zij nodig acht om conclusies te trekken ten aanzien van de in artikel 2, lid 1, genoemde voorwaarden, en tracht , wanneer zij dat passend acht, deze informatie te controleren. |
4. De Commissie wint alle informatie in die zij nodig acht om conclusies te trekken ten aanzien van de in artikel 2, lid 1, genoemde voorwaarden, en tracht deze informatie te controleren. |
||||
Amendement 23 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 4 – lid 5 |
|||||
5. Bij het onderzoek evalueert de Commissie alle ter zake dienende factoren van objectieve en kwantificeerbare aard die van invloed zijn op de situatie van de bedrijfstak van de Unie, met name het tempo en de omvang van de toename van de invoer van het betrokken product in absolute en relatieve cijfers, het door de toegenomen invoer veroverde deel van de interne markt, wijzigingen in de omvang van de verkoop, de productie, de productiviteit, de bezettingsgraad, winst en verlies en de werkgelegenheid. Deze lijst is niet uitputtend en de Commissie kan bij haar vaststelling van ernstige schade of dreiging van ernstige schade ook rekening houden met andere relevante factoren, zoals de voorraden, de prijzen, het rendement van geïnvesteerd vermogen, de kasstroom en andere factoren die ernstige schade aan de bedrijfstak van de Unie toebrengen, kunnen hebben toegebracht of dreigen toe te brengen. |
5. Bij het onderzoek evalueert de Commissie alle ter zake dienende factoren van objectieve en kwantificeerbare aard die van invloed zijn op de situatie van de bedrijfstak van de Unie, met name het tempo en de omvang van de toename van de invoer van het betrokken product in absolute en relatieve cijfers, het door de toegenomen invoer veroverde deel van de interne markt, wijzigingen in de omvang van de verkoop, de productie, de productiviteit, de bezettingsgraad, winst en verlies en de werkgelegenheid. Deze lijst is niet uitputtend en de Commissie kan bij haar vaststelling van ernstige schade of dreiging van ernstige schade ook rekening houden met andere relevante factoren, zoals de voorraden, de prijzen, het rendement van geïnvesteerd vermogen, de kasstroom en andere factoren die ernstige schade aan de bedrijfstak van de Unie toebrengen, kunnen hebben toegebracht of dreigen toe te brengen , bijvoorbeeld wanneer de voorziene reactievolumes worden bereikt in het kader van het in hoofdstuk II van deze verordening opgenomen stabilisatiemechanisme voor bananen . |
||||
Amendement 24 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 4 – lid 7 |
|||||
7. De Commissie draagt er zorg voor dat alle gegevens en statistieken die voor het onderzoek worden gebruikt, beschikbaar, begrijpelijk, transparant en verifieerbaar zijn. |
7. De Commissie draagt er zorg voor dat alle gegevens en statistieken die voor het onderzoek worden gebruikt, beschikbaar, begrijpelijk, transparant , actueel, betrouwbaar en verifieerbaar zijn. |
||||
Amendement 25 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 5 – lid 1 bis (nieuw) |
|||||
|
1 bis. Als er een toename is van de invoer van producten in gevoelige sectoren die in een of meer lidstaten of ultraperifere gebieden is geconcentreerd, kan de Commissie voorafgaande toezichtmaatregelen instellen. |
||||
Amendement 26 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 9 – lid 4 |
|||||
4. Een verlenging overeenkomstig lid 3 wordt voorafgegaan door een onderzoek op verzoek van een lidstaat, van een rechtspersoon of van een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid die optreedt namens de bedrijfstak van de Unie, of op initiatief van de Commissie, indien er, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voldoende voorlopig bewijsmateriaal is. |
4. Een verlenging overeenkomstig lid 3 wordt voorafgegaan door een onderzoek op verzoek van een lidstaat, van een rechtspersoon of een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid die optreedt namens de bedrijfstak van de Unie, van een belanghebbende partij, van het Europees Parlement of op initiatief van de Commissie, indien er, zoals bepaald op basis van de in artikel 4, lid 5, vermelde factoren, voldoende voorlopig bewijsmateriaal is. |
||||
Amendement 27 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 11 bis (nieuw) |
|||||
|
Artikel 11 bis Verslag 1. De Commissie dient jaarlijks een verslag over de toepassing en uitvoering van de overeenkomst en deze verordening in bij het Europees Parlement. Het verslag omvat informatie over de vaststelling van voorlopige en definitieve maatregelen, voorafgaande toezichtmaatregelen, regionale toezichtmaatregelen en vrijwaringsmaatregelen, de beëindiging van onderzoeken zonder maatregelen en de activiteiten van de diverse instanties die bevoegd zijn voor het toezicht op de uitvoering van de overeenkomst en de naleving van de verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst, inclusief informatie die afkomstig is van belanghebbende partijen. 2. Een aantal onderdelen van het verslag is speciaal gewijd aan de naleving van de verplichtingen uit hoofde van titel VIII over handel en duurzame ontwikkeling van deel IV van de overeenkomst en aan de op dat vlak door Midden-Amerika via interne instrumenten genomen maatregelen alsook aan het werkzaamheden hieromtrent van het dialoogforum van het maatschappelijk middenveld. 3. Daarnaast bevat het verslag een samenvatting van de statistieken en de ontwikkeling van de handel met Midden-Amerika. 4. Het verslag bevat voorts actuele en betrouwbare statistieken over de invoer van bananen uit Midden-Amerika en de rechtstreekse en indirecte gevolgen hiervan op de ontwikkeling van de werkgelegenheid en arbeidsvoorwaarden in de productiesector van de Unie. 5. Het Europees Parlement kan de Commissie binnen een maand nadat deze het verslag heeft gepresenteerd, op een ad-hocvergadering van zijn bevoegde commissie uitnodigen om alle aspecten met betrekking tot de tenuitvoerlegging van de overeenkomst en deze verordening uiteen te zetten en toe te lichten. 6. Uiterlijk drie maanden na de voorlegging van het verslag aan het Europees Parlement maakt de Commissie het verslag openbaar. |
||||
Amendement 28 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 12 – lid 4 bis (nieuw) |
|||||
|
4 bis. Als het advies van het comité moet worden verkregen volgens een schriftelijke procedure, wordt die procedure zonder gevolg beëindigd indien, binnen de termijn voor het uitbrengen van het advies, de voorzitter van het comité hiertoe besluit of een meerderheid van de leden van het comité hierom verzoekt. |
||||
Amendement 29 |
|||||
Voorstel voor een verordening Hoofdstuk I bis – artikel 12 bis (nieuw) |
|||||
|
Hoofdstuk I bis Artikel 12 bis 12 bis. Artikel 247 bis van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek is van toepassing op de vaststelling van de nodige uitvoeringsbepalingen voor de toepassing van de voorschriften in aanhangsel 2a van bijlage II (Definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking) en aanhangsel 2 van bijlage I (Afschaffing van douanerechten). |
||||
Amendement 30 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 13 – lid 1 bis (nieuw) |
|||||
|
1 bis. De toepassing van het stabilisatiemechanisme voor bananen verhindert in geen geval de uitvoering van de in de bilaterale vrijwaringsclausule opgenomen maatregelen. |
||||
Amendementen 31 en 32 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 13 – lid 2 |
|||||
2. Zoals vermeld in de tabel in de bijlage bij deze verordening, wordt een afzonderlijk jaarlijks reactievolume vastgesteld voor de invoer uit een Midden-Amerikaans land van de in lid 1 vermelde producten. De invoer van de in lid 1 vermelde producten tegen het preferentiële douanerecht is niet alleen onderworpen aan het bewijs van oorsprong zoals vastgesteld in bijlage III (Definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking) van de overeenkomst met Midden-Amerika, maar eveneens aan de overlegging van een uitvoercertificaat dat wordt afgegeven door de bevoegde autoriteit van de republiek van het Midden-Amerikaanse land waaruit de producten worden uitgevoerd. Zodra het reactievolume tijdens het desbetreffende kalenderjaar wordt bereikt, kan de Commissie , overeenkomstig de in artikel 12, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure, het preferentiële douanerecht tijdens datzelfde jaar tijdelijk schorsen voor een periode van niet meer van drie maanden, die het eind van het kalenderjaar niet mag overschrijden. |
2. Zoals vermeld in de tabel in de bijlage bij deze verordening, wordt een afzonderlijk jaarlijks reactievolume vastgesteld voor de invoer uit een Midden-Amerikaans land van de in lid 1 vermelde producten. De invoer van de in lid 1 vermelde producten tegen het preferentiële douanerecht is niet alleen onderworpen aan het bewijs van oorsprong zoals vastgesteld in bijlage III (Definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking) van de overeenkomst met Midden-Amerika, maar eveneens aan de overlegging van een uitvoercertificaat dat wordt afgegeven door de bevoegde autoriteit van de republiek van het Midden-Amerikaanse land waaruit de producten worden uitgevoerd. De verplichte overlegging van een uitvoercertificaat moet echter niet leiden tot meer administratie, hogere kosten of feitelijke handelsbelemmeringen voor de uitvoerder. Zodra het reactievolume tijdens het desbetreffende kalenderjaar wordt bereikt, gaat de Commissie tijdens datzelfde jaar over tot een tijdelijke schorsing van het preferentiële douanerecht voor een periode van niet meer dan drie maanden, die het eind van het kalenderjaar niet mag overschrijden. Uitsluitend in geval van overmacht vindt deze schorsing niet plaats. |
||||
Amendement 33 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 13 – lid 5 bis (nieuw) |
|||||
|
5 bis. De Commissie houdt nauwlettend toezicht op de ontwikkeling van de statistieken over de invoer van bananen uit Midden-Amerika. Ook de werkgelegenheidsgraad en arbeidsvoorwaarden, de productie en consumptie van bioproducten en de fairtradehandelsstromen worden gemonitord. Hiertoe werkt de Commissie samen en wisselt zij informatie uit met de lidstaten, de communautaire bedrijfstakken en andere belanghebbenden, en dit op regelmatige basis. |
||||
Amendement 34 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 13 – lid 5 ter (nieuw) |
|||||
|
5 ter. Op naar behoren gemotiveerd verzoek van het Europees Parlement, een lidstaat, de bedrijfstak van de Unie, een belanghebbende partij of op eigen initiatief schenkt de Commissie bijzondere aandacht aan elke wezenlijke toename van de invoer van bananen uit Midden-Amerika, en indien de bepalingen van artikel 5 hierop van toepassing zijn, stelt zij voorafgaande toezichtmaatregelen in. |
||||
Amendement 35 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 13 – lid 5 quater (nieuw) |
|||||
|
5 quater. Wanneer het reactievolume van het mechanisme gedurende het desbetreffende kalenderjaar wordt bereikt, stelt de Commissie volgens de raadplegingsprocedure als bedoeld in artikel 12, lid 2, voorafgaande toezichtmaatregelen in. |
||||
Amendement 36 |
|||||
Voorstel voor een verordening Artikel 13 – lid 5 quinquies (nieuw) |
|||||
|
5 quinquies. Het Europees Parlement kan de Commissie binnen een maand nadat deze het verslag heeft gepubliceerd, op een ad-hocvergadering van zijn bevoegde commissie uitnodigen om alle aspecten met betrekking tot de tenuitvoerlegging van de overeenkomst die verband houden met bananen, uiteen te zetten en toe te lichten. |
(1) De zaak werd terugverwezen voor een nieuwe behandeling naar de bevoegde Commissie uit hoofde van artikel 57, lid 2, tweede alinea, van het Reglement (A7-0237/2012).