Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32022D2451

Besluit (EU) 2022/2451 van de Raad van 8 december 2022 betreffende de volledige toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis in de Republiek Kroatië

ST/14239/2022/INIT

PB L 320 van 14.12.2022, p. 41–46 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2022/2451/oj

14.12.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 320/41


BESLUIT (EU) 2022/2451 VAN DE RAAD

van 8 december 2022

betreffende de volledige toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis in de Republiek Kroatië

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien de Toetredingsakte van 2011, en met name artikel 4, lid 2,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 4, lid 2, van de Toetredingsakte van 2011 is bepaald dat de bepalingen van het Schengenacquis die niet in artikel 4, lid 1, van die akte bedoeld worden, in Kroatië slechts van toepassing dienen te zijn op grond van een daartoe strekkend besluit van de Raad, nadat overeenkomstig de toepasselijke Schengenevaluatieprocedures is geconstateerd dat in Kroatië aan de nodige voorwaarden voor de toepassing van alle onderdelen van het betreffende acquis is voldaan, inclusief de effectieve toepassing van alle Schengenvoorschriften overeenkomstig de overeengekomen gemeenschappelijke normen en de grondbeginselen.

(2)

Bij zijn Besluit (EU) 2017/733 (2) heeft de Raad, nadat is geconstateerd dat Kroatië voldoet aan de nodige voorwaarden voor de toepassing van het onderdeel van het Schengenacquis dat op gegevensbescherming betrekking heeft, de bepalingen van het Schengenacquis die betrekking hebben op het Schengeninformatiesysteem (SIS), per 27 juni 2017 van toepassing verklaard op Kroatië.

(3)

Er zijn evaluaties verricht om na te gaan of in Kroatië aan de nodige voorwaarden voor de toepassing van het Schengenacquis is voldaan op alle resterende gebieden van het Schengenacquis, namelijk beheer van de buitengrenzen, politiesamenwerking, het SIS, terugkeer, visa, justitiële samenwerking in strafzaken en vuurwapens, overeenkomstig de op dat moment toepasselijke Schengenevaluatieprocedures van Verordening (EU) nr. 1053/2013 van de Raad (3).

(4)

In haar mededeling van 22 oktober 2019 over de evaluatie met het oog op de volledige toepassing van het Schengenacquis door Kroatië concludeerde de Commissie dat zij van oordeel was dat Kroatië de nodige maatregelen had genomen om ervoor te zorgen dat aan de noodzakelijke voorwaarden voor de toepassing van alle relevante onderdelen van het Schengenacquis werd voldaan. Voorts wees zij erop dat Kroatië consequent zou moeten blijven werken aan de uitvoering van alle lopende maatregelen, met name wat het beheer van de buitengrenzen betreft, om ervoor te zorgen dat aan die voorwaarden blijft worden voldaan. De Commissie heeft ook bevestigd dat Kroatië nog steeds de toezeggingen met betrekking tot Schengenacquis naleefde, die het land tijdens de toetredingsonderhandelingen heeft gedaan.

(5)

Op 9 december 2021 heeft de Raad geconcludeerd dat Kroatië aan de nodige voorwaarden voor de toepassing van alle onderdelen van het Schengenacquis voldoet.

(6)

Bijgevolg kunnen de data voor de volledige toepassing van het Schengenacquis door Kroatië worden vastgesteld, en vanaf die data moet de controle op personen aan de binnengrenzen met Kroatië worden opgeheven.

(7)

De in Besluit (EU) 2017/733 bepaalde beperkingen op het gebruik van het SIS moeten worden opgeheven vanaf de vroegste datum die is vastgesteld voor de volledige toepassing van het Schengenacquis door Kroatië.

(8)

De vereenvoudigde regeling voor onderdanen van derde landen die houder zijn van een door Kroatië afgegeven nationaal visum voor kort verblijf met het oog op doorreis over of voorgenomen verblijf op zijn grondgebied van ten hoogste 90 dagen binnen een periode van 180 dagen, ingevoerd bij Besluit nr. 565/2014/EU van het Europees Parlement en de Raad (4), moet worden gehandhaafd om te voorkomen dat reizen voor bepaalde categorieën personen moeilijker wordt. Bijgevolg moeten enkele bepalingen van dat besluit voor een beperkte overgangsperiode blijven gelden.

(9)

Wat IJsland en Noorwegen betreft, vormt dit besluit een ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de Overeenkomst tussen de Raad van de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (5) die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, punten B, C, D en F, van Besluit 1999/437/EG van de Raad (6).

(10)

Wat Zwitserland betreft, vormt dit besluit een ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (7) die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, punten B, C, D en F, van Besluit 1999/437/EG, in samenhang met artikel 3 van Besluit 2008/146/EG van de Raad (8).

(11)

Wat Liechtenstein betreft, vormt dit besluit een ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (9) die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, punten B, C, D en F, van Besluit 1999/437/EG, in samenhang met artikel 3 van Besluit 2011/350/EU van de Raad (10),

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Met ingang van 1 januari 2023 worden de controles op personen aan de interne land- en zeegrenzen met Kroatië afgeschaft en zijn de in de bijlage bedoelde bepalingen van het Schengenacquis van toepassing op Kroatië in zijn betrekkingen met het Koninkrijk België, de Tsjechische Republiek, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, de Republiek Estland, de Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, de Italiaanse Republiek, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, het Groothertogdom Luxemburg, Hongarije, Malta, het Koninkrijk der Nederlanden, de Republiek Oostenrijk, de Republiek Polen, de Portugese Republiek, de Republiek Slovenië, de Slowaakse Republiek, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden, alsmede IJsland, het Vorstendom Liechtenstein, het Koninkrijk Noorwegen en de Zwitserse Bondsstaat.

2.   De controles op personen aan de interne luchtgrenzen worden met ingang van 26 maart 2023 afgeschaft en de in lid 1 bedoelde bepalingen, voor zover zij de afschaffing van de controles op personen aan de interne luchtgrenzen regelen, zijn vanaf die datum van toepassing.

3.   Alle beperkingen op het gebruik van het Schengeninformatiesysteem door Kroatië worden met ingang van 1 januari 2023 opgeheven.

Artikel 2

De vóór 1 januari 2023 door Kroatië afgegeven nationale visa voor kort verblijf blijven geldig gedurende hun geldigheidsperiode, met het oog op doorreis over het grondgebied van andere lidstaten of voorgenomen verblijf op hun grondgebied van ten hoogste 90 dagen binnen een periode van 180 dagen, voor zover zij dergelijke visa voor kort verblijf voor die doelen hebben erkend, overeenkomstig Besluit nr. 565/2014/EU. De in dat besluit genoemde voorwaarden zijn van toepassing.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de datum van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 8 december 2022.

Voor de Raad

De voorzitter

V. RAKUŠAN


(1)  Advies van 10 november 2022 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(2)  Besluit (EU) 2017/733 van de Raad van 25 april 2017 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis met betrekking tot het Schengeninformatiesysteem in de Republiek Kroatië (PB L 108 van 26.4.2017, blz. 31).

(3)  Verordening (EU) nr. 1053/2013 van de Raad van 7 oktober 2013 betreffende de instelling van een evaluatiemechanisme voor de controle van en het toezicht op de toepassing van het Schengenacquis en houdende intrekking van het Besluit van 16 september 1998 tot oprichting van de Permanente Schengenbeoordelings- en toepassingscommissie (PB L 295 van 6.11.2013, blz. 27).

(4)  Besluit nr. 565/2014/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 tot instelling van een vereenvoudigde regeling voor de controle van personen aan de buitengrenzen, gebaseerd op de eenzijdige erkenning door Bulgarije, Kroatië, Cyprus en Roemenië van bepaalde documenten als gelijkwaardig met hun nationale visa voor de doorreis over hun grondgebied of een voorgenomen verblijf op hun grondgebied van ten hoogste 90 dagen binnen een periode van 180 dagen en tot intrekking van de Beschikkingen nr. 895/2006/EG en nr. 582/2008/EG (PB L 157 van 27.5.2014, blz. 23).

(5)   PB L 176 van 10.7.1999, blz. 36.

(6)  Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).

(7)   PB L 53 van 27.2.2008, blz. 52.

(8)  Besluit 2008/146/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 1).

(9)   PB L 160 van 18.6.2011, blz. 21.

(10)  Besluit 2011/350/EU van de Raad van 7 maart 2011 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis betreffende de afschaffing van controles aan de binnengrenzen en het verkeer van personen (PB L 160 van 18.6.2011, blz. 19).


BIJLAGE

Lijst van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van artikel 4, lid 2, van de Toetredingsakte van 2011 die op Kroatië toepasselijk moeten worden gemaakt ten aanzien van zijn betrekkingen met de lidstaten die het Schengenacquis volledig toepassen en ten aanzien van IJsland, het Vorstendom Liechtenstein, het Koninkrijk Noorwegen en de Zwitserse Bondsstaat

A.

De volgende bepalingen van de op 19 juni 1990 te Schengen ondertekende Overeenkomst ter uitvoering van het te Schengen gesloten akkoord van 14 juni 1985 betreffende de geleidelijke afschaffing van de controles aan de gemeenschappelijke grenzen (PB L 239 van 22.9.2000, blz. 19):

artikel 1 voor zover dit verband houdt met de andere in dit punt vermelde bepalingen, artikel 18, artikel 19, leden 1, 3 en 4, de artikelen 20, 21 en 22, de artikelen 40 tot en met 43, en de artikelen 126 tot en met 130 voor zover deze verband houden met andere in dit punt bedoelde bepalingen.

B.

De volgende andere rechtshandelingen van de Unie, samen met de handelingen ter uitvoering daarvan:

1.

Richtlijn 2001/40/EG van de Raad van 28 mei 2001 betreffende de onderlinge erkenning van besluiten inzake de verwijdering van onderdanen van derde landen (PB L 149 van 2.6.2001, blz. 34);

2.

Beschikking 2004/191/EG van de Raad van 23 februari 2004 tot vaststelling van de criteria en uitvoeringsvoorschriften voor de compensatie van de verstoringen van het financiële evenwicht die voortvloeien uit de toepassing van Richtlijn 2001/40/EG betreffende de onderlinge erkenning van besluiten inzake de verwijdering van onderdanen van derde landen (PB L 60 van 27.2.2004, blz. 55);

3.

Beschikking 2004/512/EG van de Raad van 8 juni 2004 betreffende het opzetten van het Visuminformatiesysteem (VIS) (PB L 213 van 15.6.2004, blz. 5);

4.

artikel 4, punt b), en artikel 9, punt c), van Verordening (EG) nr. 1931/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot vaststelling van regels inzake klein grensverkeer aan de landbuitengrenzen van de lidstaten en tot wijziging van de bepalingen van de Schengenuitvoeringsovereenkomst (PB L 405 van 30.12.2006, blz. 1);

5.

Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (VIS-verordening) (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 60);

6.

Besluit 2008/633/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 129), met uitzondering van artikel 6;

7.

Verordening (EG) nr. 810/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode) (PB L 243 van 15.9.2009, blz. 1), met uitzondering van artikel 3;

8.

Verordening (EU) nr. 265/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 2010 tot wijziging van de Overeenkomst ter uitvoering van het te Schengen gesloten akkoord en Verordening (EG) nr. 562/2006 wat het verkeer van personen met een visum voor verblijf van langere duur betreft (PB L 85 van 31.3.2010, blz. 1);

9.

Besluit nr. 1105/2011/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de lijst van reisdocumenten waarmee de houder de buitengrenzen kan overschrijden en waarin een visum kan worden aangebracht en betreffende de invoering van een mechanisme voor het opstellen van deze lijst (PB L 287 van 4.11.2011, blz. 9);

10.

Verordening (EU) nr. 610/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 562/2006 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een communautaire code betreffende de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode) en van de Overeenkomst ter uitvoering van het Schengenakkoord, Verordeningen (EG) nr. 1683/95 en (EG) nr. 539/2001 van de Raad en Verordeningen (EG) nr. 767/2008 en (EG) nr. 810/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 182 van 29.6.2013, blz. 1), voor zover deze verband houdt met andere deze bijlage bedoelde bepalingen;

11.

Artikel 1, artikel 6, lid 5, punt a), titel III, en de bepalingen van titel II en de bijlagen daarbij die verwijzen naar het Schencheninformatiesysteem en het Visuminformatiesysteem, van Verordening (EU) 2016/399 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende een Uniecode voor de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode) (PB L 77 van 23.3.2016, blz. 1);

12.

Verordening (EU) 2017/2225 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2017 tot wijziging van Verordening (EU) 2016/399 in verband met het gebruik van het inreis-uitreissysteem (EES) (PB L 327 van 9.12.2017, blz. 1), voor zover deze nog niet van toepassing is overeenkomstig artikel 66, lid 2, van Verordening (EU) 2017/2226;

13.

Verordening (EU) 2017/2226 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2017 tot instelling van een inreis-uitreissysteem (EES) voor de registratie van inreis- en uitreisgegevens en van gegevens over weigering van toegang ten aanzien van onderdanen van derde landen die de buitengrenzen overschrijden en tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot het EES voor rechtshandhavingsdoeleinden en tot wijziging van de overeenkomst ter uitvoering van het te Schengen gesloten akkoord en Verordeningen (EG) nr. 767/2008 en (EU) nr. 1077/2011 (PB L 327 van 9.12.2017, blz. 20), voor zover deze verband houdt met het visuminformatiesysteem zoals vastgelegd in Verordening (EG) nr. 767/2008 en nog niet van toepassing is overeenkomstig artikel 66, lid 2, van Verordening (EU) 2017/2226;

14.

Verordening (EU) 2018/1726 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (eu-LISA), tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1987/2006 en Besluit 2007/533/JBZ van de Raad en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1077/2011 (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 99), voor zover deze verband houdt met het visuminformatiesysteem zoals vastgelegd in Verordening (EG) nr. 767/2008 en het inreis-uitreissysteem zoals vastgesteld bij Verordening (EU) 2017/2226 en bedoeld in deze bijlage;

15.

Verordening (EU) 2019/817 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 tot vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen de Unie-informatiesystemen op het gebied van grenzen en visa en tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 767/2008, (EU) 2016/399, (EU) 2017/2226, (EU) 2018/1240, (EU) 2018/1726 en (EU) 2018/1861 van het Europees Parlement en de Raad, Beschikking 2004/512/EG van de Raad en Besluit 2008/633/JBZ van de Raad (PB L 135, 22.5.2019, blz. 27), voor zover deze verband houdt met het visuminformatiesysteem zoals vastgelegd in Verordening (EG) nr. 767/2008 en het inreis-uitreissysteem zoals vastgesteld bij Verordening (EU) 2017/2226 en vermeld in deze bijlage;

16.

Verordening (EU) 2019/818 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 tot vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen de Unie-informatiesystemen op het gebied van politiële en justitiële samenwerking, asiel en migratie en tot wijziging van Verordeningen (EU) 2018/1726, (EU) 2018/1862 en (EU) 2019/816 (PB L 135 van 22.5.2019, blz. 85), voor zover deze verband houdt met het visuminformatiesysteem zoals vastgelegd in Verordening (EG) nr. 767/2008 en het inreis-uitreissysteem zoals vastgesteld bij Verordening (EU) 2017/2226 en bedoeld in deze bijlage;

17.

Verordening (EU) 2019/1155 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 810/2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode) (PB L 188 van 12.7.2019, blz. 25);

18.

Verordening (EU) 2021/1133 van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2021 tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 603/2013, (EU) 2016/794, (EU) 2018/1862, (EU) 2019/816 en (EU) 2019/818 wat betreft de voorwaarden voor toegang tot andere EU-informatiesystemen met het oog op het visuminformatiesysteem (PB L 248, 13.7.2021, blz. 1);

19.

Verordening (EU) 2021/1134 van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2021 tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 767/2008, (EG) nr. 810/2009, (EU) 2016/399, (EU) 2017/2226, (EU) 2018/1240, (EU) 2018/1860, (EU) 2018/1861, (EU) 2019/817 en (EU) 2019/1896 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van Beschikking 2004/512/EG van de Raad en Besluit 2008/633/JBZ van de Raad, met het oog op de herziening van het visuminformatiesysteem (PB L 248, 13.7.2021, blz. 11);

20.

Verordening (EU) 2021/1150 van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2021 tot wijziging van Verordeningen (EU) 2018/1862 en (EU) 2019/818 wat betreft de vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot andere EU-informatiesystemen voor de doeleinden van het Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (PB L 249 van 14.7.2021, blz. 1);

21.

Verordening (EU) 2021/1152 van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2021 tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 767/2008, (EU) 2017/2226, (EU) 2018/1240, (EU) 2018/1860, (EU) 2018/1861 en (EU) 2019/817 wat betreft de vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot andere EU-informatiesystemen voor de doeleinden van het Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (PB L 249 van 14.7.2021, blz. 15).


Top